Vier V2-bommen op één dag
Om 11.35 uur valt de eerste V2 in de Pothoekstraat 15. Om 14.45 uur volgt een tweede V2-inslag in de Minderbroederstraat, met opnieuw dodelijke slachtoffers.
Intussen zoeken zo’n 900 mensen afleiding in Cinema Rex, waar die middag de western The Plainsman draait. Om 15.23 uur kijken ze naar een flashbackscène waarin de held Buffalo Bill zich iets herinnert. Dan slaat plots een V2-bom in. De ravage is verschrikkelijk, nooit eerder in de geschiedenis eist één bom zoveel slachtoffers. Onder de 567 doden bevinden zich ook 296 geallieerde soldaten.
Om 17.05 uur treft nog een vierde V2-bom de Twee Netenstraat. Daar verliezen nog eens 71 mensen het leven en raken 84 mensen gewond.

Van Ertbornstraat (Cinema Rex), 16-12-1944 — Twee Netenstraat, 16-12-1944 (foto’s van Louis Pighini)
Persoonlijke souvenirs
In de expo Stad in Oorlog springt de grote V1-bom meteen in het oog. Deze oefenbom werd in 1945 aan de stad geschonken door de Amerikaanse generaal Clare H. Armstrong, die de luchtafweer tegen de V-bommen leidde.
Onder en rond de V1 liggen kleinere souvenirs, sommige zelfs bijzonder klein. Het zijn stuk voor stuk indrukwekkende persoonlijke objecten. Ze maken tastbaar hoe groot de emotionele impact van de aanslag was. We belichten hier enkele van deze herinneringsobjecten, die mensen schonken of leenden aan het MAS voor de expo.
Het bloemetje dat Marthe Van Hoof-Merlin opstak
Het verhaal van dit bloemetje in de Belgische driekleur begint op 4 september 1944. Die dag rijden Britse tanks via het zuiden de stad binnen. Vele burgers begroeten hen met vlaggen en andere symbolen in de nationale driekleur om de bevrijding te vieren.
Marthe Van Hoof-Merlin, die in de Belgiëlei woont, draagt op 4 september (en wellicht ook nog enkele keren daarna) dit bloemetje als corsage. Op 16 december sterft haar zeventienjarige zoon Paul bij de bomaanslag op Cinema Rex. Daarna bergt ze het bloemetje voorgoed op. Haar kleinzoon haalde het opnieuw boven voor de expo in het MAS.

Corsage en foto van Amerikaanse soldaten in de Belgiëlei kort na 4 september 1944 (schenking van Thierry Van Hissenhoven)
De klompjes die Frank J. Pinelli hebben gered
Frank J. Pinelli uit Chicago is vanaf juni 1944 actief bij de landing in Normandië. Vanaf oktober draagt hij bij aan de verdediging van Antwerpen tegen de V-bommen. Hij is supply clerk, verantwoordelijk voor de bevoorrading van de gevechtseenheden.
Op 16 december 1944 vragen collega’s of hij meegaat naar Cinema Rex. Maar hij kiest ervoor om een cadeautje te kopen voor zijn dochtertje Carol: deze houten klompjes, beschilderd met de Belgische en Amerikaanse vlag. Die keuze redt zijn leven.
Tachtig jaar lang bewaart zijn familie de klompjes als herinnering. Dankzij de familie Pinelli zijn ze sinds 2025 te zien in de expo.

Klompjes en foto van Frank J. Pinelli,1943-1946 (bruikleen van Frank Pinelli)
Het cinematicket van Lucky Straatman
‘Antwerpen’s Prachtkinema’. Dat staat op de keerzijde van het cinematicket dat Lucky Straatman kocht bij Cinema Rex op 16 december 1944. Die slogan klinkt bijzonder ironisch als we denken aan de hoge tol van de V2-aanslag: 567 doden en 291 gewonden.
Lucky werd in 1929 geboren in een Franstalig Antwerps gezin dat in 1944 in de Kolonielaan (nu Camille Huysmanslaan) woonde. Hij was leerling aan het Lycée d’Anvers en lid van scoutsvereniging nr. 131 Les Antilopes.
Bij de bevrijding in september 1944 lachte de toekomst deze vijftienjarige jongen toe. Dat blijkt ook uit de foto van Lucky op de Keyserlei, kort na de bevrijding op 4 september 1944. De familie herinnert zich dat Lucky’s moeder hem aanvankelijk niet naar de film wilde laten vertrekken wegens het risico van de V-bommen. Het cinemabezoek liep noodlottig af. Bij de identificatie van Lucky’s lichaam werd het ticket van de ‘Prachtkinema’ in zijn zak gevonden.

Toegangsticket Cinema Rex 16 december 1944 en foto van Lucky op de Keyserlei, vermoedelijk september 1944 (schenking van Gerald Straatman)
Het doodsprentje van Irma en Maria, met hun communiefoto
Op donderdag 14 december 1944 valt in de Twee Netenstraat al een V2-bom neer, vlak naast het appartement van de familie Dobbeleers. Daarbij sterven zes personen, maar de familie Dobbeleers lijdt enkel materiële schade. Ze zijn net puin aan het ruimen wanneer op 16 december om 17.05 uur een tweede V2-bom op het appartementsgebouw inslaat.
De zusjes Irma en Maria Dobbeleers, 11 en 12 jaar oud, halen op dat fatale moment soep bij een voedselbedeling aan de overkant van de straat. Ze worden gedood door vallende betonblokken. Pas enkele dagen later worden ze onder het puin teruggevonden.
Het doodsprentje toont de communiefoto van de twee zussen van nog maar enkele maanden geleden. Dat gebeurde vaker bij jonge slachtoffers. De doodsoorzaak wordt vaag omschreven als “ongeval ten gevolge van de oorlogsomstandigheden”. Vermoedelijk komt dit omdat de geallieerden de burgerbevolking vroegen om te zwijgen over de bominslagen. Zo zou het Duitse leger niet kunnen inschatten hoe doeltreffend ze waren.

Doodsprentje van Irma en Maria Dobbeleers, 1944 (schenking van Martha Dobbeleers)
Naamkaartje en zakje van de geëvacueerde kleuter Roger Deridder
Na de aanval op Cinema Rex komt er een verbod op bijeenkomsten van meer dan vijftig personen. Scholen, theaters en cinema’s sluiten. Schuilkelders worden vanaf dan ook overdag gebruikt. Steeds meer stadsbewoners vluchten of worden geëvacueerd. Naar schatting 106.000 personen, ongeveer een vijfde van de Antwerpse bevolking, vertrekken.
Het gezin Deridder uit Deurne beslist om de kinderen in veiligheid te brengen. Dochter Josée kan terecht bij familie in Leuven. Zonen André en Roger vertrekken via de georganiseerde evacuatie, maar blijven niet samen. Voor André wordt een opvanggezin gevonden in Izegem in West-Vlaanderen, voor Roger bij het landbouwersgezin Laurent in Bertem in Vlaams-Brabant.
Roger vertrekt met dit zakje, waaraan zijn naamkaartje hangt, zodat het opvanggezin een brief naar zijn ouders kon sturen, want die wisten niet waarheen hij ging. Na de oorlog komen de opvangouders op bezoek bij Roger thuis in Deurne en krijgt hij het zakje met het naamkaartje terug.

Zakje, naamkaartje en foto van de vijfjarige Roger in Bertem, 1944-1945 (schenking van Roger Deridder)
